«Un cygne avance sur l’eau»
Kamerkoor Amphion heeft voor het voorjaarsprogramma van 2016 een veelkleurig tableau van Franse a capella koormuziek samengesteld. Het oudste stuk dat het koor zingt, is meteen ook het langste: ‘Sequentia Dies Irae’ van Antoine Brumel (ongeveer 1460 – ongeveer 1520). In dit stuk wisselt Brumel meerstemmige melodielijnen af met het oorspronkelijke eenstemmige Gregoriaans. Het stuk is zoals toen gebruikelijk was alleen voor mannenstemmen; bij Amphion wordt de altus-partij door alle vrouwen tezamen gezongen.
De overige stukken in dit programma zijn twintigste-eeuws. Relatief onbekend, maar fraai en verrassend, is het Requiem (met alleen de delen Kyrie, Sanctus en Agnus Dei) van de jonggestorven Jehan Alain (1911-1940).
Bekender en misschien zelfs heel vertrouwd zijn de deels geestelijke en deels wereldlijke liederen die Amphion zingt van Maurice Duruflé, Albert de Klerk, Claude Debussy, Francis Poulenc en Paul Hindemith. De zes liederen van Hindemith op gedichten van Rainer Maria Rilke zijn met recht ’tableaux vivants’ te noemen. Zoals de zwaan gracieus over het water nadert, zo raken de klanken – steeds dichterbij komend – het hart van de luisteraar.